Les années Before | Soft Machine| Matching Mole | Solo | With Friends | Samples | Compilations | V.A. | Bootlegs | Reprises|
Interviews & articles
     
 Koebellen en Bekkenslagen - Aloha #21 -van 10 februari tot 24 februari 1973



KOEBELLEN
EN
BERKKENSLAGEN


Stealers wheel, elpee van Stealers Wheel (A&M)

Little Red Record, elpee van Matching Mole (CBS)

A Song Or Two, elpee van Cashman & West (Dunhill)

Some Things Coming, elpee van Delaney (CBS)

bert jansen
foto gijsbert


Sommige platen komen op zeer beslissende of moeilijke tijden in je leven. Opeens blijkt dan tot je verbazing dat je een hoop van je frustaties kunt terugvinden in die bepaalde plaat. (Johnny's Song van Stealers Wheel). Die muziek blijft voor jou ook altijd inherent aan die tijd in je leven. Misschien zal ik niet objektief genoeg erover kunnen schrijven. Stealers Wheel is een prachtplaat. Probeer eens aan een vriend duidelijk te maken waarom je verliefd bent op iemand. Het zal je moeilijk vallen, Gerry Rafferty's plaat Can I Have My Money Back heeft altijd een speciaal plaatsje gehad in mijn platenrek. Hij hoort bij een soort individuele muziekmakers, die een warm plekje in mijn hart veroverd hebben. Skip Spence, Ry Cooder, Todd Rundgren, Dave Mason en Gerry Rafferty.

Op de Alohaburoos hoorde ik twee weken geleden via de draadomroep een ontroerend muziekje. Ingeleid door een treurig harmonium zong een groffe stem een droevig liedje over het te laat komen. Desgevraagd vertelde Pim Oets dat het hier ging om een track van de Stealers Wheel elpee, waar Gerry Rafferty ook het een en ander mee te maken had. De volgende dag klonk dat nummer in mijn nieuwe huis en lag de wonderschone hoes aan mijn voeten op het nieuwe bruine hoogpolige tapijt. Nu is het zo, dat Stealers Wheel onverbiddelijk verbonden is aan mijn nieuwe woonruimte en soms even plaats heeft moeten maken (op de draaitafel) voor een paar andere platen waar ik verderop iets over zal vertellen.

Negen maanden geleden vormden Gerry Rafferty en Rab Noakes (allebei uit de Schotse muziekscene) samen met Joe Egan en Paul Pilnik een groep. Tony Williams en Rod Coombes werden respektievelijk als bassist en drummer aangetrokken en Stealers Wheel was een feit. Rab Noakes besloot als vele anderen een solokarriere op te bouwen en verliet de groep. Plannen voor een elpee waren er ook al gauw, demotapes werden gemaakt en opgestuurd naar het bekende producersduo Leiber/Stoller. (Ga je vroege rock&roll en Presley opnames maar eens na. De naam Leiber/Stoller zal dan veelvuldig opduiken). En negen maanden na het oprichten van de groep aanschouwde een elpee, geproduceerd door Leiber/Stoller, het levens licht. Kant een opent met Late Again. Dit nummer is representabel voor de hele elpee. Het begint met een harmonium, een stem zingt in, na twee coupletten vallen andere stemmen in en dit is het sein voor bas en drums om ook mee te gaan doen.






De aanzet tot het refrein wordt gegeven door een vijftiger jaren scheursax (Leiber/Stoller'). Stuc k In The Middle is de titel van de volgende track. Een Beatle-achtig nummer maar dan iets rauwer, zeer geperfektioneerd opgenomen met koebellen en harde bekkenslagen. Another Meaning is een zacht langzaam nummer met veel oewaaa's en een mistige steelband. Nmr 4 kant 1 I Get By, Peter Frampton rock, voor mij het zwakste'nummer van de plaat. Het laatste nummer van kant l neigt ook weer sterk tot een vergelijking met de Beatles, Outside Looking In is de titel en zeker niet het sterkste nummer van de plaat. Kant 2 is kwalitatief het sterkst. Johnny's Song is een wondermooi stukje muziek kwa tekst en indeling. De gitaarsolo lijkt zo weggestapt te zijn van de legendariese Derek and the Domino's elpee, Next To Me, een nieuwe aanpak van de bossa die de hele dag in je hoofd blijven zitten. Wachtend op het groen worden van het oversteek-licht betrapte ik mezelf erop dat ik keihard dit nummer stond te zingen, een moderne gospelsong van Stealers Wheel. Resumerend: Stealers Wheel is nu al een van de beste elpees van 1973, een vergelijking met Gerry Rafferty's solo elpee gaat niet op, het lijkt erg op de Beatles maar het is het niet. Joe Egan heeft een prachtige stem en een duidelijk stempel op deze plaat gezet, Leiber/ Stoller weten wat produceren en opnemen is, en ik zou graag een avondje met Gerry en Joe willen doorzakken, want ik geloof dat het aardige drinke-broers zijn, en problemen hebben we allemaal.

Verder staat er achterop de hoes een aardig tekstje wat ik je niet onthouden wil: We know that you believe you understand what you think we said, but we are not sure you realise that what you heard is not what we meant.
(Laatste nieuws: Gerry Rafferty heeft de groep verlaten en is vervangen door eks-Spooky Tooth Luther Grosvenor, en bassist Tony Williams is vervangen door De Lisle Harper)
.


 


foto gijsbert
 


Over naar het jongste produkt van Robert Wyatt's groep Matching Mole. Wyatt's beslissing om uit de Soft Machine te stappen kwam indertijd zeer sympatiek bij mij over. Ook ik zag het niet meer zitten bij dat overjazzte stelletje. Nou doet mijn hardgrondige hekel aan toeters (wat voor dan ook) een behoorlijke duit in het zakje. In ieder geval heb ik de Soft Machine gelaten voor wat ze was, en me beperkt tot het luisteren naar alleen de eerste twee elpees. Nog steeds met zeer veel genoegen. Toen Wyatt's beslissing bekend werd sloeg mijn hart een slag over en kreeg ik weer hoop. Ik rekende op een soort Soft Machine van het eerste uur maar dan zonder toeters. Matching Mole's eerste elpee stelde me door enkele achteraf onverklaarbare redenen diep teleur, en benieuwd keek ik uit naar het tweede eksemplaar. En dat is er nu, heet Little Red Record, Maoachtig schilderij op de voorkant en zelfs het rode boekje ontbreekt niet. Maar ik had het alleen maar geslaagd gevonden als de elpee dan ook rood zou wezen. Welk een teleurstelling overvalt als je tussen al het roods opeens een zwarte vinylschijf uit de hoes trekt. Luisterend naar de muziek kan ik weinig verband vinden tussen de overdadige kommunistiese sfeer op de hoes en het geluid van de plaat, behalve een flard gezang op kant een: The communists are here. Overtuigd van het feit dat ik niet de enige ben die is afgeknapt op de Machine, kan ik deze plaat van harte aanbevelen aan die mensen die met me meevoelen, dwz nog regelmatig de eerste twee Soft Machineplaten draaien. Little Red Record bevat "oude" Machinemuziek in een nieuw jasje. Wyatt's vokale partijen zijn nu wel bekend maar verrassen nog steeds. (Op de plaat staat een aardig liedje over god, het heet dan ook God Song,
wat door Wyatt bekend doch zeer prachtig wordt gezongen. Het is wel het enige "konventionele" muziekje op de plaat). Dave Mcrae is een goede vervanging voor Ratledge, en Phil Miller vervult de rol die Kevin Ayers vroeger placht te spelen. Roxy Music's Eno speelt mee op de VCS3 synthesizer, en King Crimson's Robert Fripp produceerde het geheel. Al met al vind ik het een zeer goede plaat en verkeer in de mening, dat ik niet de enige zal blijven. De Hollandse persing van CBS is niet al te best net zoals bij de derde Soft Machine elpee. Tenslotte blijft Robert Wyatt de aardigste en sympatiekste popartiest die ik ken.

En nu over naar de afdeling Puin, Nummer een in deze populaire reeks is een plaat van Cashman en West geheten A Song Or Two. En bij die hoeveelheid had het beter kunnen blijven. Nietszeggende Simon en Garfunkel, Greenfield en Cook, Bolland en Bolland muziek wordt ons door deze twee heren gebracht. Iets te hippe grijnzende meneren zo te zien op de hoes. 't Is allemaal natuurlijk weer met Amerikaanse perfektie opgenomen. Een uitstekende stereodemonstratieplaat of leuke kadooplaat voor die moderne bovenburen met hun Af gaans e windhond en laarzen met dikke zolen. De heren schrijven ook leuke teksten. Lees dit maar eens: A junkie steals, a mayor deals, who knowd what's coming next. Een zeer slechte plaat. Nummer twee in onze populaire reeks PUIN is een scheet van de heer Delaney, eens de mannelijke helft van Delaney&Bonnie. Maar dat zal wel voorbij zijn getuige zijn solo-elpee Somethings Coming. Het enige goede wat wijlen het Duo heeft voortgebracht was hun aandeel in de solo-elpee van Eric Clapton. En dan nu Delaney alleen. God bewaar me wat een onbegrepen muziek. Mijn hekel aan toeters had ik al eerder opgespeeld maar deze plaat slaat alles. Stoonde Ramblers of zoiets, een ondoorzichtige brij van muziek met als enige steunpunt de wrakke stem van Delaney. Een zielige, niet uit de verf gekomen, poging om iets "swingends" te kreëeren. Delaney is vreemd gegaan, met alle slechte gevolgen die zo'n daad in zich kan hebben. Een zeer, zeer, zeer slechte plaat. (Op het nummer Thank God wordt gezongen: Thank God for Rock&Roll. Maar dat was toch iemand anders, of vergis ik me nou? Sorry Chuck).


       
     
Previous article